Assignment 1

Questions Lab 1

Kurt Rosa Bian en Errol Trumpie

Vraag 1
We zien een hoop code. Waarschijnlijk is dit de stijlopmaak, aangezien we lettertype, marge en fonts zien. Helemaal onderaan zien we onze geschreven tekst Hello World
Afbeelding
Gezellig kletsen aan de tafel.
Vraag 2
Het Internet is een groot netwerk van verschillende netwerken, een netwerk infrastructuur. Het verbindt miljoenen computers globaal met elkaar. Het vormt een netwerk waarin elke computer kan communiceren met elke andere computer. World Wide Web is een manier om informatie van het internet af te halen. Het internet is hiervoor een medium. Het is een informatie deel model die gebouwd is op het Internet zelf.

Source: http://www.webopedia.com/DidYouKnow/Internet/Web_vs_Internet.asp

Vraag 3
  1. HTTP: Hypertest Transfer Protocol, is het protocol voor de communicatie tussen een webclient en een webserver. De standaard poort is 80.
  2. SSH: Secure Shell, SSH maakt het mogelijk om op een versleutelde manier in te loggen op een andere computer, en op afstand commandoís op de andere computer uit te voeren via een Shell (interactief computerprogramma). De standaard poort voor SSH is 22.
  3. FTP: File Transfer Protocol. FTP is een protocol dat uitwisseling van bestanden tussen computers vergemakkelijkt. Het standaardiseert een aantal handelingen die tussen besturingssystemen vaak verschillen. De standaard poort voor FTP is 20.
Onze authoritative source is Wikipedia. Wij vinden dit authoritative, omdat het over het algemeen een betrouwbare bron is, omdat heel veel mensen de informatie kunnen controleren en aanpassen.
Vraag 4
WHATWG ziet het Web als een evoluerend, levend platform en heeft HTML5 gecreeerd omdat het ontevreden was over koers die het W3C met het web insloeg. De W3C heeft later HTML5 gerecommandeerd omdat bleek dat WHATWG wel de goede keuzes had gemaakt met HTML5, in tegenstelling tot hun eigen XHTML. Deze recommandatie bestaat echter uit aangepaste delen van de WHATWG documenten.
Vraag 5
  1. Uniform Resource Locator (URL), een referentie voor waar een document op het web staat.
  2. HTML, de taal waarin webpaginaís worden geschreven.
  3. HTTP, protocol voor communicatie tussen webclient en server.
Vraag 6
Het HTML <b> element definieert een dikgedrukte tekst, zonder een extra waarde. Het HTML <strong> element definieert een sterkte/strong tekst, met de extra waarde dat de tekst sterk/belangrijk is. Hetzelfde kan gelden voor het italic maken van de tekst: Met het <i> element definieer je een italic tekst, zonder extra waarde. Met HTML <em> element geef je de extra waarde dat de tekst een benadrukte tekst is.
Vraag 7
  • Een <span> element wordt gebruikt om een deel van de tekst een kleur te geven.
  • Het <div> element wordt gebruikt om een gehele sectie in een document een bepaalde kleur te geven.
Vraag 8
Voordeel van het gebruiken van frames is dat het de mogelijkheid geeft om een gedeelte van een pagina statisch te maken terwijl je een ander gedeelte kan veranderen. Het kan ook helpen om bandbreedte en server load te verminderen, omdat dezelfde content niet elke keer geladen hoeft te worden wanneer je een nieuwe pagina bezoekt. Met het gebruik van frames kan je gebroken framesets krijgen, waarbij de frames niet handelen zoals je ze hebt gecodeerd.
  • Dit kan gebeuren bij het bezoeken van een site via de link in een zoekbrowser.
  • Sommige browsers supporten bepaalde frames niet.
  • Simpele typoís in je website kan de frameset breken.
Vraag 9
CSS kan heel nuttig worden gebruikt om stylesheets te maken voor je webpagina, omdat je een sheet kan maken en alle paginaís die je in die stijl wil kan linken naar de stylesheet. Je maakt de style markup dus gescheiden van de content markup. Op het moment dat je een aanpassing maakt in je stylesheet worden al deze veranderingen ook doorgevoerd in al je webpaginaís die naar de stylesheet zijn gelinkt. Daarnaast wordt ook de bandbreedte gereduceerd door de scheiding van content en style markup, en door de clean code van CSS is het voor zoekmachines makkelijker om de content te lezen.

Source: http://www.networksolutions.com/education/css-web-design-advantages/

Vraag 10
Er gebeurt niets. Uit de HTML codering kan je wel uithalen dat deze tekstgedeelte emphasized is, maar uit de opmaak in je webbrowser kan je geen verschil zien.
Vraag 11
Verschil tussen Chrome en Internet Explorer:
  • Er is een asthetisch verschil. Internet Explorer heeft vergelijkbare glimmende toetsen als zijn eigen operating system Windows. Chrome echter gebruikt zijn eigen Google look.
  • Chrome gebruikt bij het renderen van paginaís de WebKit Open source browser engine, die HTML5 gebaseerde technieken support. Internet Explorer heeft direect toegang tot het Windows systeem, omdat hij geintegreerd is in de Operating System die gebruik maakt van Direct X.
  • Source: http://www.petersena.com/blog/difference-between-googlechrome-internetexplorer/

Questions Lab 2

Vraag 1
In Google Chrome hebben we JavaScript-console geopend door op de Google Chrome aanpassen en beheren knop te drukken en vervolgens Meer hulpprogramma's -> JavaScript-console te selecteren.
Vraag 2
Met de code document.body.style.backgroundColor="red"; maak je de achtergrond van de body-element rood.
Met de code <body>
<a href="http://www.google.com" id=link>Visit google.com!</a>
<!-- JavaScript for interactivity. --> <script>
document.getElementById("link").href=http://www.yahoo.com </script> </body>
verander je de met de <span> tag aangeduidde link naar Google in een link naar Yahoo.
Vraag 3
Het gebruik van de JavaScript code heeft als groot voordeel dat de line een stuk korter is om te coderen en daarom overzichtelijk is en makkelijker te schrijven. De mogelijkheden zijn echter een stuk beperkter omdat je niet zoals bij het jQuery voorbeeld een pop-up kan maken en dergelijken.
Vraag 4
Overeenkomsten tussen JavaScript en Python:
  • Beide zijn Iterpreted Languages.
Verschillen tussen JavaScript en Python:
  • Geen float en int, enkel Number om getallen te definieren.
  • Geen main() functie.
  • Er zijn geen classes in JavaScript.
Vraag 5
AJAX staat voor Asynchronous JavaScript And XML. Asynchronous wilt zeggen dat een script een request stuurt naar de server, maar vervolgens niet wacht op een respons maar gewoon door gaat met het uivoeren van het script.
Vraag 6
De host-objecten zijn de objecten die JavaScript vanuit de browser krijgt doorgestuurd, zoals window en document. Java en Python zijn niet gemaakt om te gebruiken in een browser environment, dus daarom bevatten deze talen geen soortgelijk object.
Vraag 7
Twee ingebouwde objecten in JavaScript zijn bijvoorbeeld String en Number. De rol van het String-object is het weergeven van een regel letters, getallen en tekens, en de rol van het Number-object is het weergeven van een (decimaal)getal.
Vraag 8
Een Event is letterlijk een gebeurtenis, een de oorzaak in een oorzaak-gevolg. Als er iets gebeurd, bijvoorbeeld een muisklik, moet er iets gebeuren op je site. Een Event-Listener is het gevolg in de oorzaak-gevolg relatie. Het wacht tot er een Event komt en voert vervolgens de code uit als respons op het Event.
Vraag 9
De Autocomplete gebruikt een database van Google waarin allemaal locaties opgeslagen staan. Als een gebruiker een zoekopdracht intypt probeert Google realtime, terwijl er getypt wordt, de zoekopdracht te matchen met een van de locaties in de Google database.
naam soort aantal locatie datum
Banana Fruit 1 Amsterdam 2015-1-9
Apple Fruit 4 Amsterdam 2015-1-9
Lemon Fruit 2 Amsterdam 2015-1-9